In dit artikel gaan we het hebben over de regelmatige werkwoorden (regular verbs) in het engels. Als je je verder wil verdiepen in de engelse taal klik dan: leer engels online.
De simple past tense van de meeste werkwoorden eindigt in -ed. Deze werkwoorden zijn regelmatige werkwoorden.
- base form - simple past
- aim - aimed
- bake - baked
- open - opened
- happen - happened
- pull - pulled
- push - pushed
- wait - waited
- walk - walked
- work - worked
Zoals je hierboven kan zien eindigt de simple past tense meestal in -ed. Dit wordt meestal gevormd door -ed toe te voegen aan het werkwoord:
- Jump + ed = jumped
- laugh + ed = laughed
Als het werkwoord eindigt op -e, voeg je gewoon een d toe.
- agree + d = agreed
- die + d = died
Je moet de laatste letter van een wekwoord soms verdubbelen voor -ed toe te voegen:
- grab + ed = grabbed
- nod + ed = nodded
Wanneer een werkwoord eindigt op -y, moet je de -y weglaten en -ied toevoegen:
- bury - y + ied = buried
- carry - y +ied = carried
Voorbeeldzinnen:
- Mom opened the door for us.
- That event happened long ago
- We visited our uncle last week
- They walked to school together yesterday.
- They worked until twelve last night
- Dad tried to fix the light.
Voor meer informatie kan je altijd terecht op engels leren online.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten